Opinie van Danny

Dag allemaal! Goed, ik ben Danny. Ik vraag mij iets af...

Vroeger in 1997, organiseerde het lokaal van Piramime in Turnhout een congres over de erkenning van de gebarentaal.
Vele jaren later, op 26 april 2006 keurde het Vlaams Parlement de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal goed. Dat was echt een groot feest voor de Vlaamse Dovengemeenschap, of de Vlaamse Gebarentaalgemeenschap.
Ok, als je vraagt waarom de erkenning nodig was, krijg je volgens mij veelal de reactie dat het Nederlands en de Vlaamse Gebarentaal gelijkwaardig zijn, in de trant van "De Vlaamse Gebarentaal is een volwaardige en natuurlijke taal". Ik ben het daarmee eens.

En ten tweede, als je vraagt welke vorm van onderwijs nodig is voor dove kinderen, en daarmee bedoel ik ook kinderen met een cochleair implantaat (CI), dan denk ik dat vele stemmen zullen opgaan voor tweetalig onderwijs. Er bestaan veel verschillende vormen van bilinguaal onderwijs, maar het blijft tweetalig onderwijs dat zowel het Nederlands als de Vlaamse Gebarentaal incorporeert. Beide talen worden gelijkwaardig aangeboden, op hoog niveau. Daar ben ik ook mee akkoord.

Als ik de twee bovengenoemde gedachten samenneem en aan mijn zoon Leon denk, die wordt straks drie jaar. De laatste drie jaar hebben we thuis meestal vier talen gebruikt. Mijn vrouw is horend en spreekt Fins. Ikzelf gebaar met Leon in de Vlaamse Gebarentaal. Met mijn vrouw, en aan tafel communiceer ik meestal in de Finse gebarentaal. En als vierde taal gebruik ik soms met mijn vrouw Engels. Mijn zoon antwoordt dan niet in het Engels, maar hij vangt het wel passief op. Actief gebruikt Leon de andere drie talen. Dat betekent dus dat we thuis vaak 4 talen gebruiken. Heel soms komt daar nog Nederlands taalgebruik bij. Het is te zien welke situatie of onderwerp er passeert, en dan kan er al eens Nederlands taalgebruik binnensluipen, maar dat gebeurt echt niet veel. Regelmatig vlieg ik naar Belgiƫ. Naast dove familie heb ik ook horende familieleden in Belgiƫ. Zij ontmoeten mijn zoon ook, en spreken Nederlands tegen hem. Dat vind ik prima, maar mijn Finse vrouw biedt hem natuurlijk geen Nederlandse basis aan. Maar toch zie ik dat na verloop van tijd zijn Nederlands langzaam maar zeker vooruit gaat. Hij verwerft met gemak nieuwe woordjes, dat is helemaal geen probleem.

Nu wil ik even nadenken over de Vlaamse Dovengemeenschap of de Internationale dovengemeenschap, waar nog zeer veel doven terughoudend zijn om hun gebarentaal te gebruiken bij hun eigen horende kinderen. Ze zijn bang dat ze dan nooit goed leren spreken. Ook om hun horende kinderen naar een gebarentalige school te brengen zien ze meestal niet zitten. Ze zijn namelijk bang dat hun horende kinderen dan nooit goed Nederlands zullen leren spreken.
Maar als wij ervan overtuigd zijn dat de Vlaamse Gebarentaal een volwaardige en natuurlijke taal is, waarom kunnen wij dit dan niet aanbieden aan onze horende kinderen? Als doven denken dat dove kinderen tweetalig onderwijs moeten krijgen, waarom zouden we dit dan niet aan horende kinderen van dove ouders aanbieden? Dat vraag ik me echt af. Goed, denk er misschien zelf even over na.